Een klein en kruipend spinnetje dat, ondanks zijn formaat, voor grote problemen kan zorgen: dit moet je weten over tekenbeten.
Het begint met een zwart puntje op je huid dat langzaam opzwelt tot een donkerbruin bolletje ter grootte van een erwt: een tekenbeet. Jaarlijks krijgen er zo’n miljoen mensen mee te maken. Hoe erg is dat? En wat doe je ertegen?
Teken zijn kleine spinachtigen van zo’n 2 millimeter groot en leven in groene en vochtige omgevingen, zoals parken en bossen. Ze worden actief zodra het kwik boven de 7 graden stijgt. Een teek kan niet vliegen, maar kruipt omhoog en bijt zich vast in je huid. Het liefst op een warm plekje, zoals in je oksels, knieholtes of bilspleet. Zodra hij zich vol zuigt met bloed, verandert het kleine zwarte puntje in een donker bolletje.
In veel gevallen is een tekenbeet niet ernstig, maar 2 tot 3% van de beten resulteert in de ziekte van Lyme doordat de teek besmet was. Bij zo’n 1 op de 5 teken is dat het geval. Probeer een tekenbeet dus te voorkomen of, als het raak is, snel te behandelen. Zo doe je dat:
Ga je de natuur in? Vermijd hoge grassen of bosjes zoveel mogelijk en blijf op de wandelpaden. Draag liefst aansluitende kleding en zorg voor een petje voor kinderen. Ook een insectenwerend middel met DEET biedt bescherming.
Gesport in het park of met de kinderen de duinen in geweest? Controleer jezelf en elkaar zorgvuldig op teken. Check hierbij vooral de warme en vochtige plekken en in de nek en achter de oren. Teken zijn erg klein!
Teek gespot? Pak de teek (met een pincet of tekentang) zo dicht mogelijk op de huid vast, trek ‘m recht en zonder te draaien uit de huid en maak het wondje schoon met alcohol. Schrijf op wanneer je bent gebeten, waar dat was en waar de teek zat.
Lukt dat niet of ontdek je de beet pas een dag later? Neem dan contact op met je huisarts. Hoe langer de teek in je huid zit, hoe groter de kans dat de bacterie wordt overgedragen. Wees drie maanden lang attent op rode vlekken en griepverschijnselen.
