De zin en onzin van vitaminepillen
De aandacht voor voedingssupplementen neemt toe. Baat het niet, dan schaadt het niet, denken veel mensen. Maar dat is een misvatting, zegt dr. Jeanne de Vries, voedingswetenschapper van Wageningen University & Research.
We slikken in Nederland wat af als het gaat om vitamines en mineralen. Voor maar liefst 134 miljoen euro in één jaar, zo rekende de brancheorganisatie van fabrikanten en importeurs van zelfzorgmiddelen Neprofarm uit voor 2018. Grote kans dat dit bedrag dit jaar nog hoger zal zijn. Met de komst van het coronavirus zijn mensen er immers nóg meer op gebrand een gezonde weerstand op te bouwen. Er is daarom nu ook veel aandacht voor vitaminesupplementen. Maar de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) waarschuwt voor reclames van voedingssupplementen die beweren dat zulke supplementen zouden helpen tegen het coronavirus. ‘Extra vitamines zorgen er niet voor dat het lichaam beter beschermd is tegen ziekmakende bacteriën en virussen zoals het coronavirus.’
Baat het niet, dan schaadt het niet
“Mensen hebben toch vaak het idee dat ze niet voldoende vitamines en mineralen binnenkrijgen”, zegt dr. Jeanne de Vries, voedingswetenschapper bij Wageningen University & Research. “Veel mensen kampen bovendien met vage klachten die al snel worden gelinkt aan vitaminetekorten. Baat het niet, dan schaadt het niet, zo denkt men vaak.” En dus slikken we er dagelijks lustig op los: een flinke dosis vitamine C voor extra weerstand, magnesium tegen de spierpijn, vitamine B omdat we wat minder vlees zijn gaan eten, en natuurlijk vitamine D omdat de zon in ons land toch wel heel weinig schijnt en we nu ook nog eens veel binnen moeten zitten.
Vitaminevergiftiging
Heeft het slikken van dit soort supplementen zin? En kunnen ze inderdaad geen kwaad? “Het idee van ‘baat het niet, dan schaadt het niet’ gaat voor extra vitamines niet op”, zegt De Vries. “Een teveel aan sommige vitamines kan wel degelijk schadelijk zijn voor ons lichaam. Zo kan een teveel aan vitamine C, hoewel we een overschot uitplassen, leiden tot darmklachten en misschien ook tot niersteenvorming, weten we uit onderzoek. Een teveel aan vitamine D kan schade opleveren aan hart, nieren en bloedvaten. En te veel B6 kan weer zenuwschade veroorzaken.” Het was topschaatser Sven Kramer die dit aan den lijve ondervond. Zo’n tien jaar geleden liep hij een zenuwbeschadiging op aan zijn been doordat hij te veel vitamine B6 had geslikt. En hij is daarin niet de enige. Het NOC*NSF liet eerder in de Volkskrant weten dat vitaminevergiftigingen door een verkeerd gebruik van supplementen geregeld voorkomen bij topsporters.
Soms toch zinvol
Toch heeft het slikken van voedingssupplementen volgens De Vries soms wel degelijk zin. “Vitamine B12 is een goed voorbeeld. Dat zit uitsluitend in dierlijke producten. Voor veganisten heeft het dan ook zin om vitamine B12 bij te slikken. Maar ook ouderen kunnen baat hebben bij extra B-vitamines omdat hun darmen deze slechter opnemen. Voor zwangeren is het raadzaam om extra foliumzuur in te nemen. En het Voedingscentrum adviseert bijvoorbeeld ouderen en mensen die weinig buitenkomen om extra vitamine D te nemen.” Hoeveel moeten we dan bijslikken? De Vries: “Dat hangt ervan af. Maar in ieder geval nooit meer dan 100% van de referentiewaarde. Deze vind je op de verpakking. Een te hoge dosis is niet alleen schadelijk voor je portemonnee, maar ook voor je lijf.”
Vleesvervangers met vitamines
In Nederland hoeven we wat de meeste vitamines betreft overigens niet bang te zijn voor tekorten, benadrukt De Vries. “Onze voeding is doorgaans gevarieerd en gezond. We weten uit onderzoek dat Nederlanders bijvoorbeeld voldoende vitamine C uit voeding halen. Bijslikken is echt niet nodig. Hetzelfde geldt voor vitamine A. In ontwikkelingslanden zien we wel dat mensen hier een tekort aan hebben, maar in ons land komt dat vrijwel niet voor. Alleen als je volledig plantaardig eet, heeft het enig nut om vitamine A bij te slikken. Wie overigens vleesvervangers eet, hoeft dan weer niet bij te slikken. In de meeste vleesvervangers zijn extra vitamines en mineralen toegevoegd.”
Zuivere stoffen
Zelf slikt De Vries ook wat extra vitamines en mineralen. “Ik eet vooral vegetarisch en vaak ook veganistisch. Ik bereken mijn inname van vitamines en mineralen weleens en dan merk ik dat ik aan de krappe kant zit. Daarom slik ik extra B-vitamines en vitamine A. Vanwege mijn leeftijd gebruik ik daarnaast vitamine D. Maar ik slik nooit meer dan 50 procent van de aanbevolen hoeveelheid.”
Maakt het trouwens nog uit of je de vitamines haalt uit voeding of uit een potje? “Ja, dat maakt uit”, zegt De Vries. “In vitaminepreparaten zitten veel meer zuivere stoffen dan in reguliere voeding. Voedingssupplementen worden ook veel beter opgenomen door ons lichaam dan voeding. Dat betekent dat je er dus ook veel minder van hoeft in te nemen.”
ONVZ in samenwerking met NRC Media. Door Irene Schoemakers, beeld Anne Huijnen