Met een positieve blik naar je leven en de wereld kijken heeft voordelen. Zélfs als dat optimisme onterecht is. Maar hoe kom je aan die roze bril?
Uit studies blijkt dat wanneer mensen gevraagd worden naar hoe hun leven er over tien jaar uit zal zien, ze over het algemeen geloven dat echtscheiding, ziekte en andere narigheid hun bespaard zal blijven. Dit wordt de ‘optimismebias’ genoemd: mensen geloven dat ze minder kans hebbenop nare gebeurtenissen dan gemiddeld en dat ze een grotere kans hebben op een lang en gelukkig leven. Kenmerk van de optimismebias is dat het optimisme ongegrond is. Maar zelfs onterecht optimisme heeft nut.
Een optimistische kijk heeft namelijk allerlei voordelen: je bent gezonder (omdat je denkt dat je zelf je gezondheid gunstig kunt beïnvloeden en ook zo handelt), je hebt meer succes en een optimist leeft langer dan een pessimist. En bovendien: veel technologische en wetenschappelijke ontdekkingen komen voort uit optimisme. Ondanks de optimismebias en de voordelen van een positieve kijk zijn we niet allemaal onvervalste positivo’s. Er wordt heel wat getobd en gesomberd.
Niet iedereen is genetisch gezegend met een optimistische blik. Toch kun je optimisme leren. Hoe je dat doet? Dit zijn een paar beproefde handreikingen. Maak er een gewoonte van om vaak en lang stil te staan bij positieve ervaringen en focus op wat goed gaat. Denk niet: dat kan ik toch niet, maar vervang dat negatieve mantra door: ik kan het nu nog niet, of zelfs door: het gaat me lukken, of: ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk dat ik het wel kan. Pak kansen, zoek nieuwe oplossingen, omring je met positieve voorbeelden en ga bij een tegenslag na wat de positieve kant van die gebeurtenis is. Zo sta je nog optimistischer in het leven en daar pluk je de vruchten van.
