Uitspraak rechter dwingt DSW en ONVZ tot preferentiebeleid
Schiedam/Houten, 20 november 2023 - Op 7 november jl. heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) uitspraak gedaan in de zaak tussen zorgverzekeraar ONVZ en de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). Deze uitspraak heeft voor zorgverzekeraars DSW en ONVZ verstrekkende gevolgen en dwingt hen tot het overstappen naar een preferentiebeleid voor medicijnen. Dit houdt in dat bepaalde medicijnen door DSW en ONVZ als voorkeursmedicijn worden aangewezen. De uitspraak heeft daarmee tot gevolg dat de keuzevrijheid van verzekerden wordt beperkt.
Jean-Paul van Haarlem, bestuursvoorzitter van ONVZ: "Wij betreuren de uitspraak van het CBb en zijn enorm teleurgesteld, omdat hiermee de keuzevrijheid van onze verzekerden wordt geraakt.” Zowel DSW als ONVZ worden nu rond de bekendmaking van de premie en voorwaarden gedwongen om vanaf 2024 over te gaan op een preferentiebeleid voor de vergoeding van medicijnen. "Ook wij hebben met verbazing, verwondering en irritatie kennisgenomen van deze uitspraak," aldus Aad de Groot, voorzitter van de Raad van Bestuur van DSW. "Wij hebben altijd gestreden tegen het preferentiebeleid, omdat het de keuzevrijheid van verzekerden inperkt, ook al betekende dit dat we hogere kosten maakten. Daarnaast heeft het preferentiebeleid, zoals dat tot nu toe is uitgevoerd, er mede toe geleid dat er tekorten zijn ontstaan van bepaalde geneesmiddelen."
Gedwongen tot preferentiebeleid
De zaak tussen ONVZ en de NZa had betrekking op de manier waarop een zorgverzekeraar kan sturen op doelmatig gebruik van medicijnen. ONVZ had, net als DSW, in de polisvoorwaarden opgenomen dat wanneer een verzekerde ervoor kiest een duurder geneesmiddel te gebruiken zonder dat daartoe medische noodzaak bestaat, de vergoeding daarvoor beperkt wordt tot het bedrag van het goedkoopste gelijkwaardige geneesmiddel. Volgens de NZa is dit binnen de huidige wetgeving op deze manier niet mogelijk en kan alleen doelmatigheid toegepast worden met een preferentiebeleid. Het is voor DSW en ONVZ helaas niet mogelijk een beleid te voeren waarbij zij altijd de volledige medicijnkosten vergoeden, ook als er geen medische noodzaak is, omdat de kosten daarvan een te groot effect hebben op de premie voor al hun verzekerden.
Keuze voor eigen preferentiebeleid
Zowel DSW als ONVZ kennen een hoge waardering van klanten en zorgverleners. Van Haarlem: “Het vraagt een forse inspanning om het beleid waartoe nu wordt gedwongen op korte termijn in te regelen en op een zorgvuldige wijze voor onze verzekerden in te kopen. DSW en ONVZ kiezen er bewust voor om een eigen preferentiebeleid te gaan voeren.”
Oproep aan politiek
De politiek heeft al langer vraagtekens bij de vele nadelen van het preferentiebeleid. Binnen het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) wordt door de ‘taakgroep preferentiebeleid' nagedacht over het oplossen van de vele nadelen. En ook in veel verkiezingsprogramma's is dit een item dat vaak terugkomt. De Groot hierover: “Iedereen ziet langzamerhand de ernstige bezwaren tegen dit beleid en toch worden ook de tegenstanders hiervan nu gedwongen tot een preferentiebeleid. DSW en ONVZ pleiten er dan ook voor om de aandacht die er hiervoor nu in politiek Den Haag is, om te zetten in aanpassing van de wetgeving in het belang van de kwaliteit en doelmatigheid van zorg, de beschikbaarheid van geneesmiddelen en de keuzevrijheid van verzekerden.”
Kijk voor meer informatie op onze pagina met meestgestelde vragen.